Ketenintegratie en faalkostenoptimalisatie

Er wordt veel gesproken over ketenintegratie. Praktijkvoorbeelden wijzen uit dat enige vorm van ketenintegratie al positieve gevolgen heeft voor projecten.
We zien echter ook vele voorbeelden van gesuggereerde ketenintegratie. Niet alles is wat het lijkt. Succesvolle ketenintegratie heeft meerdere vaders. Denk aan respect voor elkanders kennis, kunde en positie. Heldere demarcaties en verantwoordelijkheden. Openstaan voor elkanders visie en ideeën.


Maar natuurlijk ook het formuleren en onderschrijven van het gemeenschappelijke doel. Ten aanzien van dit laatste heerst veel onduidelijkheid. 
Opdrachtgevers dienen niet alleen te selecteren op prijs maar vooral op kwaliteit. Dat is natuurlijk een probleem want de prijs is zelfs voor de contractering op tafel te krijgen terwijl de kwaliteit dan nog moet blijken. Soms blijkt zelfs pas na jaren dat er een kat in de zak zat…
De enige manier om hier wat aan te doen is de prijs afhankelijk te maken van de kwaliteit. En dat kan! Door de wedde afhankelijk te stellen van een nader te definiëren exploitatieresultaat wordt de aanbieder uitgedaagd om de kwaliteit die hij moet leveren te optimaliseren, waarmee ook zijn wedde geoptimaliseerd wordt.
Voor de opdrachtgever betekent dit dat het risico op een wanprestatie afneemt daar er niet voorgeïnvesteerd hoeft te worden in kwaliteitsverwachting.

Een praktisch concept kan bijvoorbeeld zijn dat er een projectentiteit wordt ingericht waarbij naar rato een verdeelsleutel in de eigenaarpositie wordt vastgesteld.
Het uiteindelijke resultaat in deze entiteit wordt naar rato verdeeld over de partijen. Hierdoor ontstaat er een gemeenschappelijk doel: het project.


Alle patijen moeten samen aan het geïntegreerde eindresultaat werken en worden als zodanig beloond.

Ketenintegratie en faalkostenoptimalisatie in optima forma wat mij betreft!


Joop Petit [Architect/Innovator]